Jezelf en je kind

Niemand voedt zichzelf op. Door voorbeelden van mensen waarmee je je verbonden voelt, zoals je ouders en grootouders leer je iets goeds van het leven te maken. Je profiteert, onbewust meestal, van de ervaring van je “opvoeders”.

Bidden hoort daar ook bij. Met bidden bedoel ik: praten met God – op een stille plek, op een rustig moment Hem vertellen dat ….. wat je maar wilt. Stilte op je laten inwerken of ze opzoeken zodat Hij iets aan jou kan vertellen. Bidden leer je omdat je anderen hoort en ziet bidden. Bidden kan troost geven, kracht en wijsheid. Praten over God is zinvoller als je ook praat met Hem – dan weet je beter over wie je het hebt.

Bidden is van groot belang. Als ik niet bid – dus eigenlijk geen contact met God heb – is mijn geloven dan niet ijskoud?

Wat stelt het dan nog voor?

Door af en toe contact te zoeken met God, krijg je een beter zicht op Hem, en daarmee op jezelf en anderen. Al doende ontdek je de waarde van bidden. Het is als met zoveel andere dingen: begin er maar mee en je ontdekt gaandeweg hoe het moet.

Net zoals andere waarden die je wilt doorgeven aan je kind, is het bidden vanuit je eigen hart van groot belang voor hem of haar.

Misschien iets om eens over te denken tijdens een rustig moment onder je vakantie.

René Graat, mhm

pastoor

Parochiefederatie Terlinden-Margraten van start

De parochies Sint Brigida Noorbeek, Sint Franciscus van Assisi Reijmerstok, Sint Gerlachus Banholt en Heilige Mararita Margraten gaan samenwerken in de parochiefederatie ‘Terlinden-Margraten’. Op zondag 18 juni a.s. is daarom in de parochiekerk van Reijmerstok om 10 uur een bijzondere eucharistieviering, in aanwezigheid van vicaris-generaal mgr. Hub Schnackers van het Bisdom Roermond, de pastoors Frits Janssen (van Margraten), René Graat (van Reijmerstok, Noorbeek en Banholt) en pastor Jan Jansen. 

Alle vier de parochies zullen een bijdrage aan de feestelijke plechtigheid leveren. Na afloop van de H. Mis vindt de officiële ondertekening plaats van het convenant, waarin de gemaakte afspraken zijn vastgelegd. Alle parochianen zijn uitgenodigd om de viering bij te wonen en bij de ondertekening van het convenant aanwezig te zijn. 

Met de vorming van de federatie willen de parochies ervoor zorgen dat hun gemeenschappelijke belangen op het terrein van liturgie, diaconie, catechese en gemeenschapsopbouw voor nu en de nabije toekomst zo goed mogelijk worden behartigd. 

‘Samen staan we sterker om onze parochies zo levendig mogelijk te houden’, zo is de overtuiging. 

In de nieuwe federatie houdt elke parochie haar eigen identiteit. Ze blijft in de praktijk zelfstandig voortbestaan, met een eigen financiële exploitatie. Ook behouden de huidige pastoors hun functie. Er komt wel een ‘nieuw’, overkoepelend kerkbestuur voor de federatie. Vanuit elke parochie worden daartoe (op voordracht van de desbetreffende parochie) twee leden benoemd door de bisschop. De pastoors hebben uiteraard ook zitting in het kerkbestuur, waarbij één van hen als voorzitter optreedt. Alle leden van het kerkbestuur dragen gezamenlijk bestuursverantwoordelijkheid voor alle vier de parochies van de federatie. 

De huidige kerkbesturen van de vier parochies worden omgevormd tot ‘parochieraad’. De parochieraad regelt – zoals dat met het huidige kerkbestuur ook het geval is – alle zaken die de desbetreffende parochie aangaan.

Zij hoeven niet door de bisschop benoemd te worden. 

Vooralsnog zullen de parochianen dus niet zo heel veel merken van de nieuwe parochiefederatie. In de parochies zelf blijven de pastoor en de huidige werkgroepen actief. Het regelen van zaken rondom bijzondere vieringen zoals huwelijk, begrafenis en doop verandert niet en ook het bestellen van misintenties gaat voort op de manier zoals men dat gewend is. Wel zullen initiatieven worden genomen om de samenwerking tussen de parochies te verstevigen. Zo kan men van elkaars ervaringen leren en de krachten bundelen voor het welzijn van iedereen in de vier betrokken parochies.

 

Pastoor Frits Janssen en Pastoor René Graat, mhm.

De spin en haar tradities

Op een goede morgen werd een spin wakker, vlak in het midden van haar web. Het had die nacht best wel hard gewaaid en daarom wilde ze eens gaan kijken of alle draden nog goed vast zaten. Ze kroop en klom door haar huis en daar waar het nodig was knoopte en herstelde ze de draden. Dat had ze trouwens al lang niet meer gedaan. Het werd dus tijd.

Al kijkend zag ze hoe aan haar web een draad vast zat die ze eigenlijk niet kende. Hij kwam ergens vandaan, maar ze wist niet meer waarvan. Ze vond het eigenlijk niet nuttig dat er aan haar web onnodige draden zaten, of draden waarvan ze niet wist waartoe die dienden. Daarom besloot ze die draad maar door te knippen en te laten voor wat hij was. Met haar schaar knipte ze die draad dan ook door.

Toen klapte het hele web in elkaar en viel scheef hangend op de grond. De spin schrok zich rot en vroeg zich af hoe dit kon gebeuren. Na lang denken herinnerde ze zich hoe ze, een hele tijd geleden, van een hoger gelegen tak naar beneden was gegleden die ze zojuist had doorgeknipt.
Vanuit die draad was ze begonnen haar web op te bouwen door het te verbinden aan andere punten. Pasgeleden las ik in een van de streekbladen: “Traditionele, kerkelijke godsdiensten zijn uit…”Voor sommige mensen is geloof niet meer als een projectie, een voorstelling van verlangens, omdat je niet met de problemen in je leven en de wereld kunt of wilt omgaan (struisvogels doen dat ook). Toch zit het met de christelijke manier van geloven anders. Wij christenen verbinden onze verlangens aan personen die voor ons geleefd hebben. Zij zijn ons voorgegaan erg en minder lang geleden. Mensen van vlees en bloed, zoals wij, die met HUN problemen moesten leven. En dat hebben ze gedaan! Hun ervaringen hebben ze tot aan ons toe doorgegeven: traditie.

Voor we draden met het verleden links laten liggen of doorknippen is het wellicht raadzaam daar eens goed naar te kijken voordat we ons in de vingers snijden.
De apostel Paulus zei lang geleden: onderzoek alles en behoud het goede (1 Thess. 5, 21).

René Graag, mhm
pastoor

Remmende voorsprong

Mensen zeggen al eens: de Kerk moet met de tijd meegaan en rekening houden met dat wat de mensen nú (anno 2017) denken.

Wellicht zijn ze in goed gezelschap, want Paus Franciscus zegt dat hij de Kerk liever op straat ziet, waar ze nodig is, en waar ze vuil geworden is, dan een Kerk die ongezond lang binnen zit en zich vastklampt aan haar eigen zekerheden, met regels, met geruststellende vertrouwde gebruiken (Evangelii Gaudium).

En wie is de Kerk, volgens u, volgens jou?

In onze parochies zijn veel mensen die begrepen hebben dat wij alleen de Kerk zijn: mensen die hun inspiratie vinden in Jezus Christus en zijn Evangelie en die handen en voeten proberen te geven aan zijn uitnodiging: bouwt Gods rijk van vrede, gerechtigheid en liefde. Zij nemen daarin het voortouw en zorgen daarmee als het ware voor een voorsprong op mensen die het wel geloven.

Dat gebeurt al heel wat jaren in veel geloofsgemeenschappen (parochies). Ook dus in de onze. En als u goed kijkt, zult u kunnen zien dat deze mensen dat niet alleen goed doen en met toewijding, maar dat het ook steeds dezelfde zijn. Er komt weinig verandering in de samenstelling van de vrijwilligersgroepen en een aantal van hen wordt steeds ouder. Soms nemen enkele nieuwe mensen de uitdaging aan maar over het algemeen is het moeilijk om mensen bereid te vinden om toe te treden tot onze groepen.

Misschien denkt u nu dat ik blind ben en niet kan zien hoeveel mensen zich inzetten op allerlei gebied en voor allerlei noden in onze gemeenschap. Als iemand dat wèl ziet, dan ben ik het. Die mensen inspireren mij en ik ben hun zeer dankbaar. Maar ik weet ook dat hun inzet een reden voor anderen is om hun armen te kruisen en erbij te gaan en blijven zitten. Zo wordt de voorsprong een hinderpaal om nieuwe mensen bereid te vinden om mee te doen en zich (ook) in te zetten voor de opbouw van onze gemeenschap.

Kortom: als ik deze regels kan schrijven met dankbaarheid, dan is dat dankzij veel mensen die vrijwillig meewerken. Tegelijkertijd ben ik bezorgd dat er zo weinig nieuwe – en vooral jongere – mensen een taak op zich willen of durven te nemen.

Met jongeren bedoel ik ook mensen tussen de 40 en 50 jaar.

Vind je dat de Kerk met de tijd mee moet gaan, kom dan meedoen op het veld en niet vanaf de zijlijn.

René Graat, mhm

pastoor

1 MAART 2017

Op deze datum valt dit jaar Aswoensdag. Is deze dag het einde van Carnaval of (ook) het begin van de Veertigdagen- of Vastentijd?

Ik wil niet gaan schrijven over hoe Vasten ‘vroeger’ in elkaar zat: we leven in 2017! Vasten betekent wèl: extra aandacht geven aan iets waar je normaal – of liever – niet aan toe komt maar iets dat wel goed voor jezelf en anderen kan zijn.

Niet lang geleden ging ik nog eens door wat teksten van Paus Franciscus. Zoals die van een toespraak die hij gehouden heeft voor kardinalen, aarts/bisschoppen, priesters die werkzaam zijn aan de Curie, de top ambtenaren van de katholieke kerk in Rome. Dat was vlak voor kerstmis in 2014. Daarin sprak hij over allerlei ziektes die hij bij hen had geconstateerd. Daarbij sprak hij o.a. over de ‘ziekte van mopperen en kwaadsprekerij’.

Ik dacht bij mezelf: wie de schoen past, trekke hem aan.

Misschien iets voor ons allemaal in de komende tijd: eens stil staan bij m’n eigen ‘ziekte’. “Het is”, zo schrijft de Paus, “de ziekte van laffe mensen die niet de moed hebben iets rechtuit te zeggen en die het in plaats daarvan achter de rug van mensen doen. Het zijn de verleiding en bekoring van de duivel die niet wil dat de Geest van vrede over ons komt.”

Als u dit ouderwetse leuterpraat vindt: ik geloof dat er wel degelijk ook een kwade macht in deze wereld is… En bidden we niet vaak zat: “…leid ons niet in bekoring…”

Een gevolg van mopperen en roddel is: pessimisme, zo schrijft de Paus in ‘De vreugde van het Evangelie’: “Ik ben het niet eens met doem profeten die de hele tijd rampen voorspellen alsof het einde van de wereld nabij is. Een kwalijke bekoring die ijver en inzet de kop indrukt is het defaitisme (een houding waarbij je zegt: waarom zou ik me nog druk maken – het dient toch nergens toe).

In deze tijd op weg naar Pasen zouden we eens kunnen nadenken over deze woorden van Paus Franciscus: mopperen, roddel en pessimisme zijn nooit ver weg.

Ze beginnen onschuldig, maar intussen…

We staan er niet alleen voor. We hebben allemaal de Heilige Geest ontvangen, of je je daar bewust van bent of niet. De Geest geeft positieve gedachten en ideeën als je daar om vraagt!

In dagen van rennen en jachten kost het moeite om jezelf eens wat stille tijd te geven (‘extra aandacht geven…’) om eens na te denken over de betekenis van de woorden van de Paus binnen je eigen leven.

Ik wens ons allen een deugddoende vastentijd.

René Graat, mhm

Pastoor.

BRIEF AAN GOD

“Lieve Heer, 

Het spijt me dat u de zondag op zo’n vreemde dag hebt gezet. Ziet U, het zit zo: we zouden veel beter en veel geregelder naar de kerk kunnen komen, als u een andere dag had gekozen. Nu is het juist de dag die volgt op een week van hard werken. Meestal zijn we erg moe en willen we graag wat uitrusten. Bovendien gaat er juist een zaterdag aan vooraf.

Mijn man zit dan te knutselen aan de auto en de kinderen en ik hebben dan ook van alles te doen.

’s Avonds gaan we vaak uit of we ontvangen bezoek.

Van vroeg naar bed gaan is dan geen sprake.

Kunt u ons dan kwalijk nemen dat we de volgende dag wat uitslapen?

Verder valt ons op dat het juist ’s zondags vaak guur en koud weer is of dat het regent.

Als het dan een keer mooi weer is, dan willen we er wel eens een keer op uit naar de bossen en zo.

Ziet u, Heer God, ik schrijf dit omdat ik zo graag wil dat u de zaak ook eens van ons standpunt beziet.

Het is echt niet onze schuld dat we ’s zondags zo weinig in de kerk komen. We zouden graag willen en we weten dat het goed zou zijn en ook da we het nodig hebben. 

We willen alleen maar zeggen dat het werkelijk niet kan en we hopen dat u ons zult begrijpen. 

Uw toegenegen,

I.K. ben te Druk.”

OASE

Op de bisdomdag in oktober had onze bisschop Frans Wiertz het over zijn visie op de toekomst (kunt u in haar geheel lezen op www.bisdomroermond.nl ). Hij vergeleek onze geloofsgemeenschap met het Joodse volk onderweg door de woestijn van Egypte (het land waar ze als slaven leefden) naar het Beloofde Land (waar ze als volk van God, dus als vrije mensen zouden leven).

Die woestijn tocht was lang en moeilijk.

Maar ze werd mogelijk mede dank zij “oases” – plaatsen van eten en drinken – en van rust en nieuwe inspiratie. Zo hebben ook wij allerlei oase momenten: Bronk, Eerste Communie, verschillende vieringen in onze kerken, als die van onze patroonheilige, het Doopsel van een kind, het Vormsel, Inzegening van het Huwelijk, Jubilea daarvan enz..

Ik zou graag aan het begin van dit nieuwe jaar 2017 nog een oase willen voorstellen. Een oase waar ik niet zonder kan: bidden. Daarmee bedoel ik een persoonlijke band beleven met God in wie ik geloof, op mijn eigen manier. Het zijn voor mij momenten waarop ik helemaal mezelf kan zijn en waarin ik weet dat Hij bij me is. Als ik blijdschap, bedroefdheid, zorgen, boosheid, hoop en optimisme met Hem kan delen. Op Zijn manier geeft Hij me kracht, moed en inzicht om zinvol verder te gaan.

Ik weet dat Hij van me houdt – en ik wil van Hem houden. En dan is er heel veel mogelijk.

Is dit moeilijk? Helemaal niet! Wat moeilijk is, dat is tijd en stilte voor Hem vrij te maken.

Daarvan wens ik ons allemaal heel veel toe in het nieuwe jaar.

René Graat, mhm

pastoor

ONZE PAROCHIEFEDERATIE IN OPRICHTING

Op 14 november j.l. waren we met nagenoeg de voltallige kerkbesturen van Banholt, Margraten, Noorbeek en Reijmerstok bij elkaar om te kijken of we een stap verder konden zetten op de weg van federatievorming. We zoeken naar meer samenwerking én samenleving onder deze vier parochies. 

De kerkbesturen vonden dat we meer samen kunnen gaan en samen doen om de levensvatbaarheid van onze vier parochies betere kansen te geven. Met meer mensen kun je ook meer betekenen voor het gemeenschapsleven dat zich in de eerste plaats in de parochies zelf blijft afspelen. Daarom hebben we er ook goed over nagedacht en willen ervoor zorgen dat zaken die typisch horen bij een bepaalde parochie dat ook blijven doen. We denken daarbij aan de vieringen bij de (dorps)kermissen, Bronk, Jonkheidsmissen, Cecilia vieringen, Eerste Communie, werkgroepen, enz. Het goede en mooie dat bestaat moet gekoesterd worden en blijven voortbestaan. 

De vier parochies zullen geleid worden door een nieuw te vormen “kerkbestuur”. Dit zal bestaan uit twee mensen gekozen uit elke parochie en de twee pastoors (10 mensen dus). De leden van dit kerkbestuur worden benoemd door de bisschop, zoals dat nu ook is. Momenteel worden de vier parochies geleid door de u bekende kerkbesturen. Deze blijven bestaan maar om verwarring te voorkomen zullen de nu bestaande kerkbesturen een ander naam krijgen: “parochieraad”. De leden hiervan zullen min of meer hetzelfde werk doen als de kerkmeesters nu maar ze hoeven niet door de bisschop te worden benoemd. 

En wanneer is de startdatum? We hadden gedacht aan 1 april 2017 omdat we na de bijeenkomst van 14 november nog eens alles goed willen doorspreken in de kerkbesturen van onze parochies. Daarna komen we nog eens met z’n allen bij elkaar op 23 januari. Mocht u vragen of opmerkingen hebben: elders in dit blad staat hoe u mij en eventueel andere kerkbestuursleden kunt bereiken (renegraat@home.n). 

Aan deze Parochiefederatie in oprichting (i.o.) hebben we de naam gegeven:

Federatie Terlinden – Margraten.

Misschien komt dit allemaal wat onzeker over of zelf verontrustend: alweer wat nieuws! Toch denken we, met een aantal mensen, dat samenwerking met buren een betere toekomst heeft als alleen blijven.  

Tot slot wens ik u allen, ook namens ons kerkbestuur, een licht gevend Kerstfeest en een zegenrijk Nieuwjaar, 

René Graat, mhm

pastoor

 

 

TOEKOMST

Op de bisdomdag van 15 oktober sprak onze bisschop Frans Wiertz over zijn toekomstvisie op de kerk in ons bisdom. Hij vergeleek haar met het Joodse volk op zijn uittocht van Egypte naar het beloofde land die 40 jaar duurde. Wat me opviel in de toespraak van de bisschop was dat er over het volk gesproken werd als een gemeenschap en niet zozeer als een organisatie. Op die reis hebben de mensen heel wat meegemaakt en zijn ze nogal wat hindernissen en moeilijkheden tegen gekomen.

Ook kwamen ze door oasen, vruchtbare plaatsen in de woestijn. Zonder die oasen is een tocht door de woestijn zowat onmogelijk omdat daar water te krijgen is en zonder water lukt het niet. Zo hebben ook wij die oasen nodig – en die zijn er: zangkoren, misdienaars, poets- en bloemsiergroepen, kerkbestuur, onderhoudsgroepen voor kerkhof en gebouwen, groepen voor hen die hulp nodig hebben, bijvoorbeeld de Franciscus groep, Jonkheid die zich inzet voor de Bronk, onze vieringen in de kerk of elders die door allerlei mensen mogelijk gemaakt worden en dan al die mensen die achter de schermen werken.

Velen uit onze geloofsgemeenschap zetten zich in voor het goed van anderen omdat ze dat willen en niet om ervoor betaald te worden. Het is goed om hier af en toe bij stil te staan en onze zegeningen te tellen. Waarom? Omdat deze mensen met hun inzet tekenen zijn van Gods liefde onder ons. Als je je hart daarvoor open zet, dan kunnen die mensen je inspireren.

Je kunt dat wel wegpraten door te zeggen: ze hebben toch niks anders te doen! Maar dat is wel heel kort door de bocht want ze zouden het ook kunnen laten. Niets en niemand verplicht hen om iets te doen voor een ander. Als die mensen goed doen, dan zou het best wel eens kunnen zijn dat ze dit doen met goede bedoelingen die God in hun hart legt.

Misschien hoeven we onze inspiratie niet zo ver te zoeken. Misschien zouden we ons minder zorgen over de toekomst maken als we nog beter om ons heen kijken naar mensen die goede voorbeelden geven – en dan die voorbeelden volgen. Ik weet dat er altijd wel wat op deze (en andere) mensen is aan te merken – maar zijn die negatieve gedachten soms geen smoesje om in je stoel te blijven zitten?

Op weg naar de toekomst zullen we wel moeten lopen. Zelf.

René Graat, mhm

pastoor

MEER INVULLING VOOR SAMENWERKING

In het juli nummer schreven we (pastoor Frits Janssen van Margraten en ik) u over een bijeenkomst met al onze kerkbestuursleden samen – op 15 juni – om na de denken over samenwerking tussen ons.

Op 1 september j.l. zijn we weer bij elkaar geweest, samen met een begeleider die bekend is op het bisdom. We vonden dat we samen ‘door een deur konden’ en bereid waren tot samenwerking. Zo kunnen we elkaar ideeën aanreiken over allerlei zaken zoals catechese, liturgie, diaconie, enz. Ook stelden we vast dat er veel positiefs te beleven is onze parochies zoals vrijwilligers, inzet, deelname en betrokkenheid.

We zoeken ook naar bestuurlijke samenwerking. Dat zou dan betekenen dat er één kerkbestuur komt voor de 4 parochies, met 2 leden uit elke parochie plus de pastoors; in totaal 10 mensen dus). De kerkbesturen zoals we die nu kennen blijven bestaan, maar gaan verder onder een andere naam: Parochieraad. De leden hiervan hoeven niet door de Bisschop benoemd te worden (die van het kerkbestuur wel). Uit deze parochieraad worden twee mensen gevraagd om aan het (grote) Kerkbestuur deel te nemen. Daardoor komen wensen, vragen en voorstellen uit de parochie op de agenda van dit Kerkbestuur. Beslissingen daar worden alleen unaniem genomen en een parochie is een parochie, ongeacht hoe groot ze is. De financiën zullen, voorlopig althans, gescheiden blijven.

Deze samenwerking nodigt ons allen uit om nog meer hand(en) en voet(en) te geven aan onze geloofsgemeenschap. Zij betekent niet dat anderen het werk voor ons gaan doen. Zij betekent wel dat de deelname aan het parochieleven nog meer benadrukt wordt.

Als samenwerking tot vooruitgang moet leiden, dan kan dat dankzij de inzet van velen:

o   We hebben in al onze parochies nog mannen en vrouwen nodig voor de Parochieraad – die nu nog Kerkbestuur heet. In al onze parochies worden de bestuursleden weleens erg zwaar belast omdat er zo weinig zijn. Daarom hebben we in de nabije toekomst meer mensen daar hard nodig.

o   De diaconie (dienstverlening) komt meer gestructureerd op gang dank zij de Franciscusgroep Cluster Terlinden. Zoals met alle nieuwe leven: dat moet gekoesterd en verzorgd worden door allerlei mensen. Ik hoop dat velen hier hun christelijke overtuiging tastbaar kunnen maken.

o   Er zijn nog altijd mensen nodig voor het onderhoud van kerkhof, kerk en terrein rond de kerk – dat doet de Gemeente niet.

o   Kinderen moeten wegwijs gemaakt worden in het Evangelie, het geloof in Jezus Christus zoals dat in de katholieke traditie beleefd wordt. Ook daarvoor hebben we mensen uit onze parochie nodig.

o   De liturgie zoals Eucharistievieringen, Avondwaken, Gezinsvieringen, Woord- en Communievieringen heeft altijd nieuwe mensen nodig. We mogen onze zegeningen tellen: veel wordt op dit gebied gepresteerd door een begaafde en gedreven groep parochianen. Maar we moeten wel verder kunnen blijven gaan.

Leven betekent: groei, beweging. Daar is ieder van ons met zijn of haar talenten verantwoordelijk voor.

René Graat, mhm

pastoor